De eerste dagen

Denk het volgende in: toen u zelf klein was en er iets nieuws op uw pad kwam, zoals de eerste schooldag, vond u dat waarschijnlijk wat spannend of zelfs beangstigend. Een jong hondje maakt hetzelfde mee als u hem van de fokker mee naar huis neemt. Hij zal zijn moeder missen, maar vooral zijn broertjes en zusjes. Daarom is een goede begeleiding de eerste dagen bijzonder belangrijk. Als u met het jonge hondje thuiskomt, laat hem dan eerst alles even besnuffelen. Het wordt tenslotte ook zijn huis.

Van jongs af aan moet de pup worden bijgebracht waar de plaats is waar hij op den duur gaat slapen. Dit geldt voorlopig alleen voor overdag. De eerste tijd slaapt de pup heerlijk en vertrouwt naast uw bed. Net zo lang tot hij zich de geuren en geluiden in en om het huis eigen heeft gemaakt. Ervaring leert dat de pup veel evenwichtiger opgroeit, als hij de eerste nachten niet huilend van ellende hoeft door te brengen.                                  

Wees dan niet bang dat de pup niet meer op zijn eigen plaats wil slapen. Wanneer hij overdag zelf naar zijn eigen plaats loopt om te gaan slapen, dan is het ogenblik aangebroken om hem ook ’s nachts op die plaats te laten slapen. Wanneer hij te vroeg alleen wordt gelaten, betekent dit voor hem dat u hem uit de roedel stoot. Dit ervaart de pup als een straf, terwijl hij niets kwaads heeft gedaan. Net als een wolvenwelpje begint hij te huilen om u te laten weten waar hij is.

Het kan ook zijn dat hij van angst doodstil is, de hele nacht niet of nauwelijks slaapt en zijn slaapplaats mogelijk bevuilt. Voor zijn slaapplaats beneden, of indien u gelijkvloers woont in een ander vertrek, moet u op twee dingen letten. Ten eerste moet de plaats warm zijn en ten tweede tochtvrij.

Benchtraining

Leer hem wel vanaf de eerste dag een poosje alleen te zijn. Plaats de pup in zijn bench of mand en loop eerst een paar keer alleen het vertrek uit waar hij zijn plekje heeft. Wanneer u hem  verlaat, went u hem er dan aan in zijn mand of bench op u te wachten. U zegt dan steeds hetzelfde zinnetje wanneer u van plan bent om hem alleen te laten. Bijvoorbeeld:”Vrouwtje (baasje) gaat even weg  en komt zo terug.” Begin hem alleen te laten als hij net buiten is geweest en heeft gegeten. Hij is dan net aan zijn slaapje toe en zal het nauwelijks merken. In het begin kunt u ook de radio laten aanstaan, dan is het niet zo stil en kan hij ook niet alles horen wat hem bang kan maken. Zorg altijd voor fris water, een kauwbotje en wat speeltjes. Liefst die hij niet de hele dag om zich heen heeft. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een gevulde puppy Kong.

Zindelijkheidstraining

Als de pup ’s morgens wakker wordt, en dat kan de eerste keren wel om 6.00 uur zijn, meteen optillen en buiten zetten. Als hij alles heeft gedaan, prijs hem dan geweldig. Is het nog te vroeg om op te staan, zet hem dan weer op zijn slaapplaats met de woorden dat het nog te vroeg is om te staan. Deze woorden zal hij snel begrijpen. Wanneer het wel tijd is om op te staan, maakt u zijn eten klaar.

Om de zindelijkheid overdag te bevorderen, kunt u eventueel een krant bij de achterdeur leggen. Loopt hij er heen, pak hem dan direct op en breng hem naar buiten en zet hem op een plaats waar hij zijn behoefte kan doen zonder dat er iemand last van heeft. Wanneer u even niet oplet, kan hij op de krant plassen, zodat u het gemakkelijk kunt opruimen. Het is raadzaam om hem buiten steeds op dezelfde plaats te zetten. Hij hoeft dan niet de hele omgeving af te snuffelen om er zeker van te zijn dat het doen van zijn behoefte daar wel geoorloofd is. Hij zal niet gemakkelijk iets doen, als er al een geur van een oudere hond hangt. De pup zal zijn geurvlagje daar niet overheen durven plaatsen. Als er geen bosje of gras in de buurt is en u moet de pup mee de straat opnemen voor zijn behoefte, wen hem dan meteen aan de goot. Wanneer u dit consequent volhoudt is deze gewoonte snel aangeleerd. De pup zal dan al vlug uit zichzelf de goot opzoeken. Een kleinigheid wanneer u de pup van jongs af aan onder uw hoede heeft, een bijna ondoenlijke zaak als u er op latere leeftijd nog aan wilt beginnen. Pas op voor open putten!

Wees na een ongelukje in huis niet boos. Wanneer u hem ‘bezig’ ziet, zegt u “Nee!”, til hem dan op en zet hem buiten en wacht u net zo lang tot hij wat heeft gedaan en prijs hem dan uitbundig. Doet hij tijdens een onbewaakt ogenblik toch iets in huis, zeg dan niets en ruim al mopperend in uzelf de rommel op, zodat de pup wel merkt dat u dit niet leuk vindt. Bedenkt steeds dat de pup nog een ‘baby’ is en die geef je toch ook geen straf wanneer hij een vuile luier heeft?

Na het slapen en eten de pup direct uitlaten. Gaat de pup na het eten nog een beetje spelen, laat u hem dan rustig begaan. Stoei zelf niet met hem en zeker niet als de hond eenmaal volwassen. De hond wordt dan wellicht te wild en een maagkanteling (maagtorsie), met een dodelijke afloop, kan het gevolg zijn.

Wanneer de pup rustig wordt en wil gaan slapen, laat hem dan begaan. Negeer hem tot hij helemaal is uitgeslapen. Ga intussen gewoon uw gang, want hij moet wennen om te slapen met geluiden om hem heen. Maak hem nóóit wakker, alleen bij hoge uitzondering. Een jonge hond heeft veel slaap nodig. Na het slapen meteen weer uitlaten en wachten tot hij iets heeft gedaan. Het kan zijn dat het even duurt. Verlies echter nooit uw geduld.